-
1 dog
n. hond--------v. als een hond achter hem aanlopendog1[ dog]1 hond2 〈 ook attributief〉mannetje van de hond/vos/wolf♦voorbeelden:die like a dog • als een hond creperen3 he is a dirty dog • hij is een echte ellendeling/rotzakgay dog • vrolijke Franshe is a dog in the manger • hij kan de zon niet in het water zien schijnendog eats dog • homo homini lupus, de mens is de mens een wolfgo to the dogs • naar de bliksem gaanII 〈 meervoud〉————————dog2〈werkwoord; dogged〉 -
2 lemon
-
3 scag
n. Lelijk meisje -
4 plain
adj. duidelijk; eenvoudig; onaantrekkelijk, lelijk; effen--------adv. eenvoudig; duidelijk--------n. vlakte; wildernisplain1[ pleen] 〈zelfstandig naamwoord; vaak meervoud met enkelvoud betekenis〉————————plain2I 〈bijvoeglijk naamwoord; plainness〉2 simpel ⇒ onvermengd, puur 〈 water, whisky e.d.〉; weinig attractief 〈 vrouw, meisje〉; ongelijnd 〈 papier〉♦voorbeelden:in plain clothes • in burger(kleren)plain cooking • burgerkostplain dealing • eerlijk(heid)it was plain sailing all the way • het liep allemaal van een leien dakjeII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉♦voorbeelden:————————plain32 ronduit -
5 Beauty and the Beast
de mooie en het beest (verhaal en film over de liefde tussen een mooi meisje en een lelijk monster)
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский